Waarde aanwezigen,
Ik sluit mij aan bij de eerder in achtgenomen protocollen van begroeting uitgebracht
door de voorgaande sprekers. Ik verontschuldig hierbij de Deken die vanwege andere
verplichtingen niet aanwezig kan zijn, zeer tot haar spijt overigens.
Alvorens ik mij richt tot de zojuist toegelaten collega’s lijkt het mij goed aan onze mede
juristen bij het Hof van Justitie en aan het Openbaar Ministerie, een woord van dank uit
te spreken voor de samenwerking in dit zittingsjaar, dat over niet al te lange tijd tot
afronding komt.
In het haast afgelopen zittingsjaar is weer eens duidelijk geworden hoe belangrijk de
factor mens is als het gaat om het initiëren en voortzetten van nieuwe ontwikkelingen.
De advocatuur als beroepsgroep heeft in 2020, hoewel toen een noodmaatregel vanwege
de beperkingen die Covid-19 pandemie met zich bracht, met dankbaarheid de
overschakeling naar het digitaal procederen omarmd. Hoewel nieuwe toepassingen van
bestaande technologie en methoden, met een toenemende hoeveelheid aan procedures
een uitdaging waren, zijn wij met zijn allen in staat gebleken deze uitdagingen te
pareren. Echter worden wij thans ermee geconfronteerd dat deze efficiënte wijze van
procederen, wegens een tekort aan menskracht, voor de Griffie niet vol te houden is.
Men is onvoldoende in staat de praktische kant die deze manier van procederen met
zich brengt, te verwerken.
Van hieruit doen wij dan ook een oproep aan de regering het daarheen te leiden dat de
Griffie voorzien wordt van voldoende medewerkers, op alle niveaus waar dit nodig is.
Als dit gebeurt durven wij hier de verwachting uit te spreken dat alle actoren binnen de
rechtspleging zich zullen inspannen veilig en voortvarend digitaal procederen als
efficiënte werkwijze te behouden en uit te breiden.
Helaas moeten wij het ook vandaag weer hebben over de gefinancierde rechtshulp,
oftewel de “kosteloze rechtsbijstand”. Het is ons ook dit zittingsjaar niet gelukt de
problemen die zich reeds jaren manifesteren bij de gefinancierde rechtshulp op te
lossen. Dit jaar kenmerkte zich zelfs door een algeheel dieptepunt: gedreven door het
nalaten van de overheid om de vergoeding voor de toegevoegde advocaat tot een
aanvaardbaar niveau te brengen, voelde het grootste deel van de sociale advocatuur zich
genoodzaakt de dienstverlening stop te zetten. Dit besluit werd door hen na ampele
overwegingen genomen; de vergoeding is sinds lange tijd niet meer kostendekkend en
wordt daarnaast vaak helemaal niet uitbetaald. (Een goed voorbeeld daarvan is de SRD
0,55 per verreden km). Dit betekent dat vanaf 1 juli jl. de toegang tot het recht en tot
rechtsbijstand zoals bedoeld in onze grondwet, niet gegarandeerd is. Hadden wij als
advocaten gedacht dat dit de betrokken instanties tot actie zou brengen, helaas moeten
wij het tegendeel vaststellen: elke dag zijn er zittingen waarbij verdachten geen advocaat
toegevoegd kunnen krijgen, maar de paniek blijft uit, de urgentie om maatregelen te
treffen die ervoor moeten zorgen dat wij als land de toegang tot recht waarborgen, blijft
uit. En niemand die daar wakker van ligt.
Het is al vaker gezegd: toegang tot recht is alleen breed te garanderen, als de
gefinancierde rechtshulp, als levende en praktische ondergrens van het grondrecht op
rechtsbijstand voor minder daadkrachtigen, goed georganiseerd is. Daarvoor zijn
minstens twee directe verbeteringen noodzakelijk. De vergoeding aan sociale
advocatuur, dient minimaal gelijke tred te houden met de ontwikkeling van koopkracht
en devaluatie. De verwerking en daadwerkelijke uitbetaling van de vergoeding, zou
eenvoudiger en sneller plaats dienen te hebben. Zonder deze randvoorwaarden, wordt
het ondoenlijk voor advocaten, om een gepast gedeelte van hun tijd te wijden aan een
bijdrage van de grondwettelijke taak en vervullen van de grondwettelijke missie. Ook
hierbij de oproep aan de regering om deze kwestie voortvarend op te lossen.
De Orde is zich ervan bewust dat het werk van de advocaat niet in een vacuüm
plaatsvindt maar dat wij opereren binnen een keten van beroepsgroepen die allen als
ultiem doel hebben de beleving en verdediging van de rechtstaat. Het is dan ook van
eminent belang dat al deze spelers binnen het rechtsbestel elkaar niet alleen met respect
bejegenen, maar ook is het belangrijk dat deze beroepsgroepen op gezette tijden met
elkaar in contact zijn. Activiteiten waarin de verschillende beroepsgroepen betrokken bij
de rechtspleging participeren, zijn bedoeld om de interactie tussen deze groepen te
vergemakkelijken. De Orde heeft gemeend het voortouw hierin te nemen en organiseert
op 27 augustus a.s. een eendaagse autorally, een speurtocht, voor de juridische
beroepsgroepen, nl de advocaten, de deurwaarders, de notarissen, het openbaar
ministerie, de griffiers en natuurlijk de rechters. Vanzelfsprekend zijn ook onze
nieuwbakken leden uitgenodigd voor deze activiteit en toekomstige activiteiten die hun
netwerk, en begrip van de factor mens, zeker zullen verruimen.
En dan ben ik gekomen aan degenen waar het vandaag om gaat: de nieuwe advocaten.
Geachte collega’s, met enorm groot genoegen heet ik u namens alle leden van de
Surinaamse Orde van Advocaten welkom tot dit mooie beroep. Ik feliciteer u van harte
met deze mijlpaal en betrek daarbij uw familie, patroon en uw vrienden. Tijdens het
kennismakingsgesprek bent u door de Raad al op het hart gedrukt dat u zelf
verantwoordelijk bent voor de kwaliteit van uw dienstverlening. Hoe goed u bent als
advocaat, hoeveel u weet en hoe vaardig u bent, bepaalt u vooral zelf. Het adagium van
“life long learning” is zeker op het beroep van advocaat van toepassing en u wordt
hierbij gemotiveerd, en zelfs uitgedaagd uw eigen permanente educatie ter hand te
nemen.
Nogmaals onze oprechte gelukwensen aan u en uw dierbaren.